Het proces van het produceren van PLA-vezels begint met het kiezen van de primaire hernieuwbare materialen, die meestal milieu- en natuurvriendelijke materialen zijn, zoals zetmeel uit maïs of uit suikerriet. Die landbouwmaterialen worden gefermenteerd om PLA-monomeer te produceren, wat melkzuur is. Het melkzuur wordt gepolymeriseerd tot polymelkzuur dat tot vezels kan worden vervaardigd. De productie ondergaat verschillende stappen die belangrijk zijn voor de efficiëntie en de duurzaamheid van het eindproduct.
Het PLA, eenmaal gesynthetiseerd, is túndís cinto filamentráricí en zo in staat gemaakt om in verschillende typen te fabriquéën. De verwijderde vezels zijn licht van gewicht en gaan lang mee en hebben vochtregulerende eigenschappen die nuttig zijn bij actieve slijtage en ander gebruik waarbij prestaties de belangrijkste factor zijn. Bovendien kunnen PLA-vezels worden gecombineerd met zelfs andere grondstoffen om hun eigenschappen te verbeteren en zo te proberen creatief textiel aan de groeiende markt te geven.
Bovendien hebben PLA-vezels minder negatieve effecten op het milieu in vergelijking met de synthetisch gemaakte vezels. Door gebruik te maken van nieuwe technologieën op basis van hernieuwbare materialen en energie-efficiënte methoden, zullen producenten de nadelige effecten van de industrie op het milieu minimaliseren. Het gebruik van PLA-vezels in textiel is ook een stap voorwaarts in de circulaire economie, omdat deze materialen ook biologisch afbreekbaar zijn, waardoor er minder afval op de stortplaatsen terechtkomt.